Bruggen, tunnels, sluizen en viaducten – in vaktaal heten dit soort bouwwerken ‘kunstwerken’. Niet voor niets, want het zijn ware architectonische hoogstandjes. We passen meerdere kunstwerken aan over het hele trace. Het viaduct over de Weteringweg bij Diemen langs de A10-Oost was als eerste kunstwerk aan de beurt. Hoe gaat dat in zijn werk en wat is daarvoor nodig?
Trillen voor minder geluidsoverlast
“Allereerst sluiten we één of meerdere rijstroken af, zodat het verkeer veilig kan doorrijden en wij veilig kunnen werken. Aan de zijkant van het viaduct leggen we eerst een fundering aan voor de verbreding. De fundering kan bestaan uit betonnen of stalen buispalen of damwanden. Vervolgens wordt de damwand in de grond gebracht door te heien, trillen of drukken. Bij de Weteringweg kozen we voor trillen, omdat trillen minder geluidsoverlast geeft dan heien. Een trilblok brengt de wand in trilling. Hierdoor verliest de onderliggende grond zijn draagkracht en de wand zakt onder het gewicht van het trilblok en het eigen gewicht de grond in. In ongeveer 3 weken tijd trillen we de 30 meter lange buispalen van de wand tot zo’n 28 meter onder NAP de grond in.”
Liggers van 30 ton per stuk
“Als al dat staalwerk diep in de grond zit, maken we aan beide kanten een betonnen steun, een landhoofd, op de wand. Daar bovenop plaatsen we met een mobiele kraan betonnen liggers. Deze liggers zijn zo’n 25 meter lang en wegen 30 ton per stuk. Op de liggers komt een laag beton, als ondergrond voor het asfalt dat wordt aangebracht voor de verbreding. We passen langs het traject A10-Oost/A1 14 kunstwerken aan en bouwen 3 nieuwe. 1 betonnen ligger weegt 30.000 kilo. Voor de aanpassing van alle kunstwerken zijn 165 liggers nodig.”