Wie in Nederland gaat bouwen, is verplicht een Niet Gesprongen Explosieven (NGE) onderzoek uit te laten voeren. Hoe ingewikkeld het onderzoek is, verschilt per locatie.
‘De archieven vertellen ons waar vroeger wel of niet gevochten of gebombardeerd is, maar ook vanaf welke hoogte, hoeveel bommen er afgegaan en geworpen zijn en welk type. Op basis van een historisch onderzoek wordt bepaald of we buiten ook echt op zoek moeten naar munitie’, vertelt Maurice van Gennip, projectleider en explosievendeskundige van T&A Survey.
Maurice voert samen met zijn collega’s, in opdracht van VeenIX, het NGE onderzoek uit. ‘Als kenners van de Tweede Wereldoorlog, weten we vooraf meestal wel op welke locaties munitie in de grond kan liggen of niet. Toch doen we voor alle locaties gedetailleerd historisch vooronderzoek. We gaan verschillende archieven langs, in binnen- en buitenland: we vragen informatie op bij gemeenten en provincies maar ook bij de Royal Air Force in Engeland. Als we alle informatie verzameld hebben, maken we een analyse en bepalen we op basis daarvan of een gebied verdacht is of niet’.
Verdacht gebied
Het gebied rondom Schiphol is een verdacht gebied. In de Tweede Wereldoorlog hebben zowel Duitsland als de Geallieerden hier bombardementen uitgevoerd. In de flight reports van de Royal Air Force staat beschreven welke vliegtuigen waar en wanneer gevlogen hebben en welke doelen geraakt zijn. Maurice: ‘We weten dat ongeveer 10% van de bommen tijdens bombardementen niet afgegaan zijn. Deze noemen we blindgangers. Vaak weten we ook precies hoeveel bommen zijn afgeworpen en kan exact bepaald worden hoeveel blindgangers nog aanwezig zijn. Bijvoorbeeld op luchtfoto’s uit die tijd kunnen we zien hoeveel bommen er daadwerkelijk afgegaan zijn op de grond, door het simpelweg tellen van de gaten in de grond. Op basis van al deze informatie, bakenen we een gebied af’.
Naar welke munitie en tot welke diepte zoeken we?
‘Door vooronderzoek komen we ook te weten of er bombardementen zijn geweest of grondgevechten. Deze informatie is van belang om te weten naar welke munitie we moeten zoeken en tot welke diepte. De flight reports geven bijvoorbeeld ook aan hoe zwaar de bommen waren, hoe hoog de vliegtuigen vlogen en welke type bom ze bij zich hadden. Door berekeningen van hoogte en gewicht, weten we hoe diep we moeten zoeken. De diepte is natuurlijk ook afhankelijk van de grondsoort van een gebied. In de Haarlemmermeer ligt op circa 10 meter diepte een zandlaag waar de bommen niet doorheen kunnen. Hier zoeken we dus tot circa 10 meter diepte’.
Een verdacht object en dan?
Als een gebied verdacht is, voeren we oppervlakte- en dieptedetectie uit om munitie op te sporen. Aan de hand van vorm, grootte en massa wordt bepaald of een gemeten ijzerhoudend object ook daadwerkelijk een verdacht object is. Als we een verdacht object vinden, wordt eerst bekeken of het echt noodzakelijk is om het object op te graven. Als dat zo is, dan worden voor dieper gelegen objecten damwanden om het object geslagen. De kuip die dat oplevert wordt onderwater ontgraven, tot twee meter boven het object. Een duiker neemt het werk dan over en voelt op de tast of het object mogelijk een explosief is, welk soort en het belangrijkste, welke ontsteker er aan zit en of deze nog in werking is. Als we een explosief aantreffen, dragen we deze, met de informatie die we hebben kunnen vinden, over aan de Explosieven Opruimingsdienst van Defensie’.
Archieffoto
Hieronder staat een van de luchtfoto’s. Op deze luchtfoto van 26 februari 1945 zijn vele kraters in de grond te zien.
klik op de foto voor een grotere versie
- Op deze foto was de Schipholbrug er nog niet. De draaibrug is wel in beeld. Rechts van de draaibrug staat een rijtje woningen aan de Schipholdijk. Inmiddels zijn deze woningen gesloopt om ruimte te maken voor de verbreding van de A9.
- Meer rechts in beeld, in de rechthoek, zijn panden te zien die vernietigd zijn. Aan de noordkant van het rechthoekige gebied, ligt een grote krater met een diameter van circa 12 meter.
- Helemaal links op de foto (halverwege) is een landingsbaan van Schiphol te zien. De kraters op de landingsbaan zijn met gelijke afstand. Vanuit een vliegtuig is dit niet mogelijk. We weten dat deze kraters door granaten of bommen vanaf de grond gemaakt zijn door de Duiters. Inmiddels was duidelijk dat Duitsland de oorlog niet zou gaan winnen. Door het vernietigen van de landingsbaan, was de baan ook niet meer te gebruiken voor ‘hun vijand’.
- Aan de rechterkant van de Ringvaart, langs de versmalling, lijkt het gebied golvend. Het vermoeden is dat dit loopgraven waren met afweergeschut.